verschillende behandelingen
Preventieve behandeling
Regelmatige gebitscontrole en een goede mondhygiëne resulteren in een gezond gebit en een stralende glimlach.
Een verzorgd gebit maakt deel uit van een gezond lichaam. Tand- en tandvleesproblemen worden in een vroegtijdig stadium opgespoord waardoor lastige en uitvoerige behandelingen vermeden kunnen worden.
Diagnose na röntgenbeelden:
- Intra-orale röntgen zijn onontbeerlijk bij het stellen van diagnoses van beginnende cariës, ontstekingen of botafbraak.
- Een orthopantomogram (OPG) kan worden genomen voor een overzicht van het gebit, bij wisseling van tanden, bij problemen met wijsheidstanden, bij ontstekingen en eventuele kaakgewrichtsproblemen.
Mondhygiëne-instructies en tandsteenreiniging:
De tandarts geeft de patiënt poetsinstructies en aanvullende tips. Indien nodig voert de tandarts een tandsteenreiniging uit waarbij tandplak en tandsteen grondig worden verwijderd. Dit is essentieel om cariës, gingivitis (tandvleesontstekingen) en parodontitis (ontstekingen van kaakbot) te voorkomen.
Gaatjes cariës
Gaatjes of cariës is een bacteriële aantasting van de harde tandstructuur van zowel glazuur, dentine of wortelcement. Dit wordt veroorzaakt door omzetting van suikers naar zuren door bacteriën in de mond.
De behandeling van cariës bestaat in het uitboren van het aangetast tandweefsel en herstellen door middel van tandkleurige vullingen (conserverende behandeling), door inlays/onlays of door kronen.
Als bacteriën bij diepe cariës de zenuw en het bloedvat in de tand bereiken (tandpulpa) ontstaat een ontsteking (pulpitis). Dit veroorzaakt hevige tandpijnen door de overdruk in de tandholte. Tandpijn kan je ook krijgen door een abces.
De behandeling van die tandpijn bestaat meestal uit ontzenuwen van de tand. Met andere woorden: het volledig verwijderen van de tandpulpa en het opvullen van de tandholte (wortelkanaalbehandeling). Soms is een extractie of het verwijderen van de tand nodig.
Endodontie
Tijdens een wortelkanaalbehandeling verwijdert de tandarts het ontstoken tandweefsel. Ontstoken tandweefsel geneest niet meer. Het is een onomkeerbaar proces. Daarom haalt je tandarts het ontstoken weefsel weg. Een wortelkanaalbehandeling wordt ook wel kanaal- of zenuwbehandeling genoemd.
De wortelkanaalbehandeling
De wortelkanaalbehandeling gebeurt onder plaatselijke verdoving als je tandweefsel nog (gedeeltelijk) 'levend’ is. Een verdoving is soms niet nodig als je tandweefsel al is afgestorven. Vaak maakt je tandarts een of meerdere röntgenfoto’s. Zo heeft hij een goede controle over het verloop van de behandeling. Eerst wordt je tand opengemaakt en verwijderen we het ontstoken weefsel. Daarna reinigen we het kanaal met kleine vijltjes en spoelen we met een desinfecterende spoelvloeistof. Vervolgens worden de kanalen gevuld. Na de wortelkanaalbehandeling maken we de tand weer dicht met een vulling. Als de kies is verzwakt, kan een kroon nodig zijn.
Kindertandheelkunde
De behandeling van kinderen is niet altijd even gemakkelijk. Ze kunnen angstig zijn voor de onbekende omgeving, tandarts of behandeling of door de verhaaltjes van vriendjes en ouders.
Om het vertrouwen te winnen maken kinderen tijdens een eerste consult kennis met de tandarts, de omgeving en het instrumentarium. Ook een goede uitleg en geruststelling naar de ouders toe is van groot belang.
Melkgebit: Het meest voorkomend probleem in het melkgebit zijn gaatjes of cariës. Gaatjes kunnen pijn of ontstekingen veroorzaken. Daarom moeten deze behandeld worden. Indien het toch niet zou lukken, zoals bij piepjonge kinderen en bij een uitgebreid behandelingsplan, kan doorverwezen worden naar een centrum voor narcodontie.
Kindertraumatologie: Bij trauma’s van definitieve elementen is een snelle en juiste behandeling essentieel voor het behoud van het getroffen element. Meestal gaat het om jonge patiënten en tanden met een nog niet volledige wortelontwikkeling. Een trauma moet vaak jarenlang opgevolgd worden.
Zuigflescariës: Zuigflescariës ontstaat wanneer peuters vaak en langdurig sabbelen op een zuigflesje met limonade of fruitsap.
Hoe voorkomen? Laat je kind niet wennen aan de zoete inhoud van een fles en beperk het suikergebruik en zoete smaken. Bij doorbraak van de eerste tandjes, poets minstens 1x per dag met fluoridetandpasta (max 1000ppm fluoride).
- 2 tot 6 jaar: 2x per dag poetsen.
- Tandartsbezoek vanaf 2 jaar.
- Beperk het aantal eet -en drinkmomenten tot 3 maaltijden en 2 tussendoortjes per dag.
- Water en thee (zonder suiker) zijn de beste dorstlessers.
- Deegwaren, aardappelen, rijst en fruit zijn veel tandvriendelijker dan suiker en snoep.
- Geen drank mee naar bed.
- Nooit zoete stoffen aan fopspeen zoals honig, suiker en siroop.
Esthetische tandheelkunde
De esthetische tandheelkunde is een deelgebied van de tandheelkunde waarin het uiterlijk van het gebit verfraaid wordt. Hierbij gebruiken we tandkleurige materialen, kronen en facings om correcties in vorm, stand en kleur van de tanden te maken.
Soms moet ook multidisciplinair gewerkt worden om een optimaal resultaat te bekomen: standcorrecties (orthodontie), tandvleescorrecties (parodontologie) of bleachen (bleken) van tanden.
Tanden bleken of bleaching: Deze techniek om gele of grijze tanden witter te maken is een soort dieptereiniging van het glazuur. Koffie, thee, rode wijn, sigaretten en frisdranken: het zijn echte killers die onze tanden geleidelijk aan verkleuren. Ook leeftijd speelt een rol. Tanden zijn opgebouwd uit glazuur, dentine en pulpa. De kleur van je tanden hangt voornamelijk af van de kleur en de dikte van het dentine en het glazuur. Die verschillen bij iedereen en dat verklaart waarom de ene wittere tanden heeft dan de andere.
Wij geven je terug wittere tanden door een professionele whitening of bleaching. De reclames beloven hagelwitte tanden, vaak zelfs binnen een uur. Tanden wit maken met behulp van bleekbehandelingen kan in veel gevallen, maar zeker niet altijd. Onveilige bleekprocessen kunnen schade aanbrengen aan je mond. Sinds 2011 verbiedt de Europese wetgeving agressieve bleekmiddelen met meer dan 60 % waterstofperoxide. Overweeg je een bleekbehandeling? Bespreek je wensen en de mogelijkheden met je tandarts.
Thuisbleken onder begeleiding van de tandarts: Is de verkleuring aanslag? Dan is bleken niet de oplossing. Vraag je mondzorgprofessional je tanden te reinigen. Is de verkleuring in het tandoppervlak of vind je de kleur van de tand te donker, dan kan je van buitenaf bleken met een bleeklepel. Eerst maakt de tandarts een afdruk van je gebit. Hiermee maakt de tandtechnicus in het tandtechnisch laboratorium een bleeklepel van een zachte transparante kunststof, die precies over je gebit past en ruimte laat voor de bleekgel.
Een goed passende bleeklepel is belangrijk, om irritatie van het tandvlees te voorkomen. De bleeklepel is de mal waarmee je de blekende gel op de tanden aanbrengt. De gel bevat 3 tot maximaal 6 % waterstofperoxide. Na een goede instructie hoe je de gel moet aanbrengen en wanneer je de bleeklepel moet dragen, krijg je de bleeklepel en enkele spuitjes bleekgel mee naar huis. Daarom wordt deze methode ook wel thuisbleken genoemd. De tandarts geeft aan hoe lang je de bleeklepel met de gel (meestal ‘s nachts) moet dragen voor het gewenste resultaat. Afhankelijk van de verkleuring zie je na enkele dagen of weken effect. Tijdens het bleken kunnen je tanden en tandvlees tijdelijk gevoelig worden. Raadpleeg je tandarts als deze klacht optreedt en vraag om een aangepaste instructie.
Bleken van binnenuit bij ‘dode’ tanden: Eerst maakt de tandarts een opening aan de achterzijde van de tand. Hierin brengt hij een papje of gel aan met het blekend middel. Deze producten hebben enkele dagen een blekende werking. Afhankelijk van het behaalde resultaat herhaalt de tandarts de behandeling. Uiteindelijk sluit hij de tand af met een definitieve vulling.
Kroon- en brugwerk
Wanneer een groot gedeelte van een tand aangetast is door tandbederf is er soms onvoldoende houvast voor een vulling.
In dit geval zijn er volgende mogelijkheden:
- Inlay/onlay/kronen
- Brug: als 1 of meer tanden volledig verloren zijn en verwijderd moeten worden, dan kan een brug de oplossing zijn. Een brug zit vast aan 2 of meer pijlers. Dat zijn afgeslepen tanden aan weerszijden van de open ruimte van de ontbrekende tand. Een brug bestaat uit 2 of meer kronen die op pijlers passen en een brugtussendeel, ook wel dummy genoemd, met 1of meer kunsttanden die op de plaats van de open ruimte komen.
Inlays, onlays, kronen en bruggen worden niet rechtstreeks in de mond maar in het tandtechnisch labo gemaakt. De behandeling zal dus in stappen verlopen.
Uitneembare prothese
Volledige uitneembare prothese: wanneer alle tanden afwezig zijn.
Partiële prothese: indien nog enkele of meerdere tanden aanwezig zijn.
- De plaatprothese: de plaatprothese is gemaakt van een roze, tandvleeskleurige kunsthars. Daarin zijn de kunsttanden en -kiezen verankerd. De prothese rust in zijn geheel op het slijmvlies van de mond en zit eventueel met haakjes vast aan de overgebleven tanden of kiezen.
- De frameprothese: de frameprothese heeft een basis van metaal. Op het metaal is een roze, tandvleeskleurige kunsthars aangebracht. Daarin zitten de kunsttanden vast. In tegenstelling tot de plaatprothese rust de frameprothese vooral op de overgebleven tanden en soms voor een deel op het slijmvlies van de mond. Met metalen ankers die op de tanden steunen en met ankerarmen die er omheen klemmen, is de frameprothese op de tanden bevestigd. De ankerarmen zijn soms zichtbaar.
Implantaten
Implantaten bieden een oplossing bij het ontbreken van tanden. Een implantaat vervangt een afwezige tandwortel en wordt als een schroef in het bot aangebracht.
Het plaatsen van implantaten is mogelijk als er voldoende en gezond kaakbot aanwezig is. Als de implantaten voldoende zijn ingegroeid in het bot, kan de tandarts er een kroon, brug of prothese (klikprothese) op plaatsen.
Parodontologie
Gezond tandvlees is de basis van een gezond gebit. Het is roze, ligt strak om de tanden en bloedt niet als je eet of je tanden poetst. Samen met het kaakbot en de vezels is dit het fundament van je gebit.
Bloedend, rood of gezwollen tandvlees (gingivitis) duidt meestal op ontstoken tandvlees. Je tandvlees kan overal ontstoken zijn, maar de ontsteking kan ook plaatselijk zijn. Bijvoorbeeld tussen 2 tanden. Ontstoken tandvlees gaat soms samen met een vieze smaak in de mond of met een slechte adem. Het doet zelden pijn, maar het tandvlees kan wel gevoelig zijn als je het aanraakt. Dat merk je als je tandenpoetst of wanneer je tandenstokers, ragers of flossdraad gebruikt. Soms is je tandvlees ontstoken, maar is er niets te zien.
Gelukkig kan je mondhygiënist of tandarts de ontsteking wel vaststellen. Tijdige behandeling van ontstoken tandvlees kan je tanden redden. Gelukkig is gingivitis eenvoudig te behandelen. Een professionele reiniging wordt uitgevoerd en daarna wordt de juiste poetstechniek aangeleerd om de plaquebacteriën niet opnieuw de kans te geven een ontsteking te veroorzaken. Zeer belangrijk hierbij is dat de ruimte tussen de tanden niet overgeslagen wordt. Hiervoor bestaan verschillende instrumenten zoals floss, tandenstokers, interdentale borsteltjes of ragers en softpicks.
Ernstige tandvleesontsteking (parodontitis): De ontsteking van het tandvlees kan zich uitbreiden naar het kaakbot. Door de ontsteking laat het tandvlees los van de tanden en kiezen. De ruimte (pocket) tussen de tand en het tandvlees wordt dieper. De ontsteking in de tandvleesrand kan uitbreiden naar het kaakbot. Daardoor laat het tandvlees nog verder los. Door de ontsteking gaan de vezels stuk en wordt het kaakbot afgebroken. Gevolg? Nog diepere pockets. Hierin verkalkt de tandplak gedeeltelijk tot tandsteen. Het tandvlees kan gaan terugtrekken. Deze voortschrijdende ontsteking met afbraak van vezels en kaakbot heet parodontitis. Parodontitis voel je vaak niet en kan zonder goede controle lang onopgemerkt blijven.
Vaak wordt parodontitis pas opgemerkt als de tanden en kiezen losser gaan staan of als de ruimte tussen de tanden en kiezen groter wordt. Omdat het tandvlees ver is teruggetrokken, komen wortels bloot te liggen.
Blootliggende wortels hebben geen beschermend glazuur. Daardoor ontstaan er makkelijk gaatjes. Ook zijn tanden en kiezen met blootliggende wortels gevoelig. Door de ontsteking kan zoveel kaakbot verdwijnen dat je tanden uitvallen.
Bij een diagnose van parodontitis meten we de pockets op met een sonde en aan de hand van röntgenfoto’s schatten we het botniveau in. Beperkt botverlies kunnen we nog zelf aanpakken, bij uitgebreider botverlies is een doorverwijzing naar een parodontoloog noodzakelijk. Bot dat verloren is gegaan, komt niet meer terug.
Orthodontie
Als tanden naar voor of scheef staan, zet een beugel de tanden weer recht. Ook wanneer er te weinig ruimte is in het gebit of de tanden niet goed passen op elkaar.
In een orthodontische behandeling worden de tanden en kiezen gecorrigeerd met behulp van een beugel. Het doel daarvan is om de kaken en tanden mooi in de boog te plaatsen en goed passend op elkaar te zetten. Dat kan met behulp van een vaste beugel (brackets of blokjes) die de tanden zelf rechtzet. Het kan ook met een losse beugel om de groei van de kaken bij te sturen.
Ook combinaties zijn mogelijk. Tijdens de behandeling moet de beugel regelmatig worden bijgesteld en aangepast. Na de actieve fase moet het bereikte resultaat zo goed mogelijk vastgehouden worden door een retentiebeugel of nachtbeugel.